De Limousin is een echt vleesvee ras. De koeien zijn sterk en zelfredzaam, ze leven dicht bij de natuur. Daarom gebruiken we alleen antibiotica als een dier (levensbedreigend) ziek is en een behandeling noodzakelijk.
De koeien lopen met de fokstier in de weide en krijgen ongeveer 1 keer per jaar een kalfje. We houden daar graag toezicht op, maar dat gaat gelukkig bijna altijd zonder hulp van de mens. De kalveren drinken bij hun moeders tot ze een maand of 9 zijn. De kudde loopt dag en nacht in de wei, maar kan altijd in de stal om hooi bij eten of in de schaduw te liggen. Alle koeien blijven buiten zolang de draagkracht van de grond het toe laat. Ook loopt er een klein koppeltje koeien in het najaar op landgoed Keppeltjes berg, om het gras daar op een natuurlijke manier te begrazen.
Licht, lucht, ruimte en groepshokken kenmerken onze stallen. Veel vierkante meter lig- en leefruimte en voor alle dieren een ligbed met stro. Als boer kiezen we heel bewust voor deze plus op dierenwelzijn!
Alle dieren leven in groepshokken. Een koe is een kudde dier en een gemaakte groep kan het beste bij elkaar blijven voor de rangorde. Wanneer een koe moet kalven of iets mankeert kan er tijdelijk gekozen worden voor een hok alleen.
Alle dieren liggen op stro in de stal. Een grote voorraad stro wordt in het seizoen ingeslagen om de stallen steeds vers in te kunnen strooien. In de stallen zit een helling, instrooien gebeurt van bovenaf. Eten en mesten doet de groep onderaan.
Omdat de dieren ook vanuit de wei regelmatig terugkeren naar de stal kunnen we de koppel goed in de gaten houden. Wanneer een koe zich afzondert van de groep, of er koeien onrustig zijn is er waarschijnlijk wat mis.